Psychosomatische fysiotherapie is een behandelvorm die zich richt op de wisselwerking tussen lichaam, psyche en gedrag. Deze aanpak is bijzonder effectief bij mensen met Functionele Neurologische Stoornis (FNS), waaronder dissociatieve aanvallen of functionele wegrakingen. Deze aanvallen doen sterk denken aan epilepsie, maar worden niet veroorzaakt door abnormale hersenactiviteit. Ze ontstaan vanuit een verstoring in de werking van het zenuwstelsel, vaak in combinatie met stress, angst of onbewuste overlevingspatronen.
Een opvallend aspect bij functionele wegrakingen is de rol van spanning en ademhaling. Veel cliënten ervaren lichamelijke onrust, benauwdheid, duizeligheid of een ‘dichtklappen’ voorafgaand aan de aanval. Soms is dat heel subtiel, soms juist overweldigend. Psychosomatische fysiotherapie helpt om deze signalen niet alleen te herkennen, maar ook aan te pakken via ademregulatie en lichaamsbewustzijn.
Hoe werkt psychosomatische fysiotherapie?
In de behandeling staat het leren voelen en beïnvloeden van lichamelijke processen centraal. Waar reguliere fysiotherapie zich richt op spieren en gewrichten, kijkt psychosomatische fysiotherapie ook naar spierspanning, ademhaling, houding, stressgedrag en het autonome zenuwstelsel.
Bij FNS-wegrakingen is het belangrijk om de vicieuze cirkel van stress en aanval te doorbreken. Veel cliënten merken pas laat dat ze gespannen zijn en ademen dan te snel of oppervlakkig. Dit leidt tot hyperventilatie, waardoor het lichaam nog meer in de alarmstand komt. In deze toestand kan een aanval sneller getriggerd worden.
Ademhaling als toegangspoort
De ademhaling vormt een directe toegang tot het zenuwstelsel. Door bewuste ademhalingsoefeningen leert de cliënt om sneller te schakelen van spanning naar ontspanning. Vaak wordt gestart met simpele oefeningen waarbij men de adem observeert zonder die direct te willen veranderen. Vervolgens worden technieken aangeleerd zoals:
- Buikademhaling
- Verlengde uitademing
- Pauzemomenten tussen ademcycli
- Ademritmes bij beginnende onrust
Door regelmatig te oefenen, krijgt de cliënt meer controle over de lichamelijke stressreactie. Dit maakt de kans op een aanval kleiner of zorgt ervoor dat deze minder intens is.
Doel van de behandeling
Het doel van psychosomatische fysiotherapie is niet alleen symptoomvermindering, maar vooral herstel van regie. De cliënt leert om het lichaam niet als een vijand te zien, maar als informatiebron. De behandeling richt zich ook op grenzen voelen en hanteren, omgaan met triggers en het opbouwen van vertrouwen in het eigen lijf.
Het is geen quick fix, maar een proces waarbij men stap voor stap leert om op een andere manier met spanning en emoties om te gaan.
Ontwikkeling van deze therapievorm
Psychosomatische fysiotherapie is ontstaan uit de behoefte om lichamelijke klachten met een psychische achtergrond serieus te behandelen. Binnen de context van FNS groeit de erkenning van deze aanpak. De therapie combineert kennis uit fysiotherapie, ademtherapie, mindfulness, stressmanagement en cognitieve inzichten, en werkt vaak goed in combinatie met psychologische begeleiding of begeleiding door een ergotherapeut.
Wetenschappelijke achtergrond
Er is steeds meer bewijs dat bij FNS sprake is van een verstoorde samenwerking tussen hersengebieden die betrokken zijn bij aandacht, beweging, emotie en zelfwaarneming. Hyperactiviteit van het limbisch systeem en onderdrukte regulatie vanuit de prefrontale cortex lijken hierbij een rol te spelen.
Door bewust te werken aan ademhaling en lichaamsbewustzijn, worden deze hersengebieden opnieuw geactiveerd en kunnen patronen zich herstellen. Het autonome zenuwstelsel, dat bij veel cliënten ontregeld is, komt meer in balans.
Onderzoek en praktijkervaring
Hoewel grootschalig onderzoek naar psychosomatische fysiotherapie bij FNS nog in opkomst is, tonen kleinere studies en praktijkervaringen aan dat cliënten vaak sneller grip krijgen op hun klachten wanneer ademhaling en spanning expliciet meegenomen worden in de behandeling. Veel mensen geven aan dat ze voor het eerst begrijpen wat er gebeurt vóór een aanval, en dat ze technieken hebben om hier iets mee te doen.
Toepassing bij andere klachten
De methoden die worden gebruikt bij FNS-wegrakingen zijn ook inzetbaar bij andere klachten zoals:
- Chronische hyperventilatie
- Angstaanvallen
- Spanningshoofdpijn
- Somatische symptoomstoornis
- Burn-out
De ademhaling is bij al deze klachten een sleutel tot herstel, mits goed begeleid en afgestemd op de persoon.
De weg vooruit
Steeds meer multidisciplinaire teams zetten psychosomatische fysiotherapie in bij FNS. In combinatie met psycho-educatie, psychologische zorg en ondersteuning in het dagelijks functioneren ontstaat er een krachtig behandelmodel. In de toekomst zal naar verwachting ook technologie een grotere rol gaan spelen, zoals biofeedback of adem-apps die cliënten helpen om signalen eerder op te merken.
Psychosomatische fysiotherapie biedt bij FNS-wegrakingen een respectvolle, effectieve en lichaamsgerichte aanpak. Door de adem als ingang te gebruiken, ontstaat er ruimte voor herstel — niet alleen van het lichaam, maar ook van vertrouwen en eigen regie.
FAQs – Ademhaling, spanning en FNS-wegrakingen
Wat is de rol van ademhaling bij FNS-wegrakingen?
Bij veel mensen met FNS is de ademhaling ontregeld, vooral in stressvolle situaties. Snelle of oppervlakkige ademhaling (hyperventilatie) kan leiden tot lichamelijke onrust en bijdragen aan het ontstaan van een aanval.
Hoe helpt psychosomatische fysiotherapie bij ademhalingsproblemen?
De therapie leert cliënten hun ademhaling te observeren, te reguleren en in te zetten als hulpmiddel om spanning te verlagen. Dit helpt om eerder in te grijpen bij beginnende onrust en om het zenuwstelsel te kalmeren.
Wat zijn signalen dat een aanval op komst is?
Veel mensen ervaren vage lichamelijke signalen zoals druk op de borst, duizeligheid, tintelingen, wazigheid of gespannen spieren. Deze zogenaamde ‘waarschuwingstekens’ zijn vaak voorafgaand aan een dissociatieve aanval aanwezig.
Kan ik leren om een aanval te voorkomen met ademtechnieken?
Soms wel. Door het tijdig herkennen van triggers en het toepassen van ademregulatie kunnen aanvallen in intensiteit afnemen of zelfs voorkomen worden. Dit vraagt oefening, inzicht en begeleiding.
Wat is het verschil tussen psychosomatische fysiotherapie en reguliere fysiotherapie?
Psychosomatische fysiotherapie richt zich op de relatie tussen lichaam en geest, met speciale aandacht voor ademhaling, spanning, stress en emoties. Reguliere fysiotherapie is meer gericht op het fysieke bewegingsapparaat.
Zijn de ademhalingsoefeningen moeilijk?
Nee, de oefeningen zijn eenvoudig maar vragen aandacht en herhaling. Ze worden stap voor stap opgebouwd en afgestemd op wat iemand aankan.
Wat levert de therapie op?
Mensen ervaren meer rust, grip op spanning en vertrouwen in hun lichaam. Het aantal of de ernst van aanvallen neemt vaak af. Daarnaast verbetert de algehele belastbaarheid en het dagelijks functioneren.